BURGUM. ‘The best championships ever’. Hij zei het nog net niet, maar het had zomaar gekund tijdens de sluiting van het Nederlands kampioenschap fierljeppen zaterdag in Burgum. Hij was Hans Helmholt, voorzitter van de Ljeppersklup Burgum en een van de initiatoren van dit NK. Hij keek terug op een uitermate geslaagd evenement, geslaagd in alle opzichten: prima omstandigheden, een vlekkeloze organisatie, en, niet onbelangrijk, uitstekende prestaties. Een ‘boppeslach’.Ljeppersklup legt eer in met vlekkeloze organisatie
Het is al onverwacht druk als ik om één uur op deze tamelijk zonnige zaterdagmiddag bij het schansencomplex aankom. Er zijn al heel wat toeschouwers, de gasten uit Holland zijn blijkbaar vroeg vertrokken. De Friezen komen wat later: ‘Wat moatte wy dêr sa betiid’. Maar er is genoeg zien én te horen, Fanfare Burgum houdt de stemming er prima in, en de deelnemers zijn zich al aan het voorbereiden.
Dan is het Hans Helmholt, voorzitter van de Ljeppersklup Burgum die vanaf een van schansen het gebeuren opent. Op de van hem bekende enthousiasmerende wijze heet hij iedereen, de gasten eerst uiteraard, welkom. Zoals daar zijn een fikse vertegenwoordiging van het college van B&W en de gemeenteraad van Tytsjerksteradiel en hij kondigt ook alvast de komst aan van CdK Arno Brok. Aan het eind van zijn korte introductie betrekt echter zijn gezicht, ik kan het van dichtbij waarnemen. Een vervelende mededeling, het publiek houdt even de adem in: ‘Is een van de favorieten geblesseerd geraakt, of is er anders iets spaak gelopen’? Hans Helmholt legt uit dat de gouden polsen, de ereprijzen voor de kampioenen, zijn ontvreemd. Sneu, niets aan te doen. Of toch wel? Nou, er is nog hoop, binnen de Ljeppersklup doet het gerucht de ronde dat de doos met de prijzen door de in paniek geraakte onverlaten ergens in het bassin zijn verstopt. En dan komt er plotseling als een soort ‘deus ex machina’ een piepklein rubberbootje om de hoek met twee echte duikers. En ja, ze gaan ook echt het water in, getuige het spoor van luchtbellen dat ze achterlaten. Het publiek is stilgevallen, de meesten hebben natuurlijk allang in de gaten wat er gaat gebeuren. En inderdaad, als burgemeester Jeroen Gebben plotseling naast mij staat, duiken de kikvorsmannen plotseling vlak voor hem op, mét een grote gele doos. Aan de burgemeester uiteraard de taak om die doos te openen en de kleine rode etuis met de gouden polsjes in ontvangst te nemen. Het geheel doet denken aan een van die Sinterklaasacts waarbij of Piet de weg kwijt is, of het paard een verkeerde afslag heeft genomen. Met natuurlijk als credo ‘eind goed al goed’. En dan gaan we echt beginnen.
Er wordt op drie schansen om en om gesprongen, dus eerst een Hollander, dan een Fries en dan zo verder. Er zijn ook twee speakers die elk hun eigen deelnemers aan- en afkondigen. Het publiek gaat er uitgebreid voor zitten en de biertent doet zo te zien uitstekende zaken. Er wordt meteen prima gesprongen, de nieuwe schansen doen het prima en eigenlijk is het wachten op de verbetering van het nationale record bij de mannen. Dat staat met 22.21 m op naam van Jaco de Groot en eigenlijk is hijzelf de grote favoriet, niet alleen voor de titel, maar ook om zijn eigen nationaal record de verbeteren. Maar vooralsnog komt dat er niet van, hij springt goed, heel goed zelfs, maar niet goed genoeg voor noch de titel noch het record.
Het is eigenlijk meteen spannend, we missen jammer genoeg Hannes Scherjon, die geblesseerd is geraakt en dus spitst de strijd bij de mannen zich toe op het verwachte gevecht tussen Jaco de Groot en, ja wie eigenlijk. Wie van de Friezen is in staat de Hollandse topspringer, de Aart de With van de jaren 2010-2018, Jaco de Groot dus, af te troeven. Maar die challenger, die uitdager is er wel degelijk deze zaterdagmiddag in Burgum. Wat eigenlijk niemand verwacht gebeurt dus wél, in zijn eerste finalesprong zwiept Oane Galama er een formidabele jump uit die eindigt in het zandbed met een afstand van 21.40m, verder dan hij ooit heeft gesprongen. Hij gaat uit z’n dak als hij het scorebord ziet, maar hij weet dat Jaco de Groot nog een sprong te gaan heeft, en óók, dat diezelfde De Groot die afstand van 21.40m kán overtreffen, hij heeft dat al eerder laten zien. Als hij klaar staat voor die laatste sprong, wordt het even helemaal stil achter het gemeentehuis in Burgum. Je kunt het publiek naar voren horen schuiven op hun stoelen en banken om maar niets te hoeven missen van dit moment suprême. Bij zowel de Friezen als de Hollanders gieren de zenuwen door de keel. Twee seconden later zakt die spanning als een plumpudding in elkaar bij de ene helft van het publiek, de toeschouwers uit Holland, bij de andere helft, de Friezen dus, ontlaadt die zenuwslopende spanning in een enorm gebrul dat tot in Suwâld te horen moet zijn geweest als Jaco de Groot in zijn laatste sprong te water gaat. De armen gaan omhoog, het publiek staat op de banken, dit is de apotheose van dit nationale kampioenschap fierljeppen,
Nee, geen familie, deze Freark Kramer, maar fierljeppen kan híj wél. (Let op het apostrofje op het persoonlijke voornaamwoord). Hij haalt in de finale bij de junioren een formidabele 20.40m en dat in deze categorie, dan heb je het ergens over. Hij is naast Oane Galama de enige Friese deelnemer die een titel bemachtigd. Bij de meisjes gaat die gouden pols naar Demi Groothedde met 14.50m, als er genoeg plaats op het podium zou zijn geweest, zou de winnares zijn geflankeerd door Femke Rispens en Bente Vlas. De plaatselijke favoriete, Pytrix Westra, haalt de finale niet, maar zij is hier in principe om te leren, dit kampioenschap, deze entourage, is voor haar het ultieme leermoment. Bij de dames gaat de titel voor de vijfde keer naar Dymphie van Rooyen met 16.11m. Bij de jongens staat er geen maat op Reinier Overbeek, hij haalt de voor een ljepper van zijn leeftijd formidabele afstand van. 20.30m. De prijzen worden uitgereikt door de Commissaris van de Koning, Arno Brok, die wordt geassisteerd door burgemeester Jeroen Gebben. Als alle prijzen zijn overhandigd, het Wilhelmus heeft geklonken, alle foto’s zijn gemaakt, sluit Hans Helmholt deze kampioenschappen: ‘de best championships ever’. Nee, hij zegt het niet, maar stiekem bedoelt hij het wel. En dat mag, het was een gebeurtenis waar de Ljeppersklup eer mee heeft ingelegd: wat in het Frysk heet ‘in boppeslach’.Binne Kramer
Geef een reactie